Auris heeft oog voor meertaligheid

"Een kind groeit meertalig op of niet, de meertaligheid zelf is geen probleem voor kinderen en ook niet voor kinderen met TOS, mits zij een goed taalaanbod krijgen."
Roxette van den Bosch - onderzoeker
‘Meertaligheid is geen probleem en leidt niet tot een taalachterstand, het kan juist een voordeel of een noodzaak zijn om meerdere talen te beheersen. Daarom is het belangrijk dat we bij Auris bij kinderen die opgroeien in een meertalig gezin óók aandacht hebben voor de thuistaal/-talen van het kind. Gebeurt dit niet, dan loop je het gevaar dat deze kinderen (later) niet goed met hun ouders of familie kunnen communiceren, wat gevolgen kan hebben voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling en de band die ze met hun ouders/familie hebben.’ Aan het woord is Roxette van den Bosch, senior onderzoeker Onderwijs bij Auris.
Roxette is betrokken bij het onderzoek ‘Meertaligheid onder de loep’. Met dit onderzoek wordt de meertalige taalontwikkeling van meertalige peuters met TOS in beeld gebracht. Roxette: ‘Dat onderzoek doen we met logopedisten en de ouders van meertalige peuters. Er is een protocol voor ontwikkeld en we zijn nu bezig met het analyseren van de resultaten.’
TOS is geen gevolg van meertaligheid Het praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek dat binnen Auris wordt gedaan, is voornamelijk gericht op kinderen met TOS. Roxette: ‘Het kan gecompliceerd zijn om TOS bij meertalige kinderen te herkennen. Je moet onderzoeken of het kind in het Nederlands een blootstellingsachterstand heeft of dat er sprake is van een TOS. Is dat laatste het geval, dan moet TOS ook in de thuistaal aanwezig zijn. TOS wordt vaak als een gevolg van meertaligheid gezien. Dat is niet juist. Een kind groeit meertalig op of niet, de meertaligheid zelf is geen probleem voor kinderen en ook niet voor kinderen met TOS, mits zij een goed taalaanbod krijgen. De instructietaal bij Auris is Nederlands, maar we hebben oog voor alle talen van het kind. We geven de ouders adviezen om in de thuistaal aan de taalontwikkeling te werken. Zo kunnen ze in hun eigen taal aan hun kinderen voorlezen of over themawoorden die op school worden gebruikt thuis in hun eigen taal praten.’

"Wij adviseren de ouders ook om met hun kinderen thuis de taal te spreken waarbij zij zich prettig voelen en wat voor hen haalbaar is."
Fatiha el Bardiai - logopedist
Aanbod cursussen Fatiha el Bardiai is logopediste bij de Auris Behandelgroep Olifant en Auris Fortaal groep 3. ‘Ik werk op de behandelgroep met dove/slechthorende kinderen en zij krijgen hier ook gebarentaal aangeboden. Het Nederlands kun je ondersteunen met gebaren als een kind iets niet begrijpt. Bij Auris vinden we het belangrijk dat ouders ook gebaren leren en dat thuis toepassen. Daarom biedt Auris cursussen over doof/slechthorend zijn, over TOS en gebarencursussen aan. Het gezin krijgt een ouderbegeleider toegewezen die hen onder andere ondersteunt in hoe ze thuis het taalaanbod kunnen vormgeven.’
Spreek de taal die bij je hoort De kinderen die Fatiha op dit moment in de behandelgroep begeleidt hebben Nederlands als moedertaal. In groep 3 echter werkt ze met kinderen met TOS en een deel daarvan is meertalig. ‘Zij krijgen thuis deels of uitsluitend een andere taal aangeboden. Om te kijken wat het taalniveau is en welke taal thuis in welke situatie door de ouder wordt gesproken, neem ik aan het begin van het schooljaar de Anamnese Meertaligheid af. Wij adviseren de ouders ook om met hun kinderen thuis de taal te spreken waarbij zij zich prettig voelen en wat voor hen haalbaar is. Spreken ze niet goed of helemaal geen Nederlands, dan moeten ze dat ook niet geforceerd gaan doen omdat de communicatie dan onnatuurlijk wordt. Dat is feitelijk ons belangrijkste advies: spreek de taal die bij je hoort.’
Onderdeel behandeltraject Zelf is Fatiha ook meertalig. Naast het Nederlands spreekt ze Marokkaans-Arabisch. ‘Dat is in het contact met de ouders een meerwaarde. We voorkomen zo dat de informatie verloren gaat, het schept vertrouwen en de drempel is lager. Ouders zijn immers onderdeel van het behandeltraject.’